DAG 7

12 november 2017 - Hebron, Palestina

DAG 7 HEBRON

Vandaag weer een toertje en nu naar Hebron. 

Hebron is een van de oudste steden in het Midden-Oosten en een van de oudste steden van de wereld die onafgebroken bewoond is gebleven. Waarschijnlijk is Hebron in de 18e eeuw v.Chr. gesticht. Het was een koninklijke stad in het oude Kanaän en wordt als zodanig ook in de Hebreeuwse Bijbel vermeld.

In Hebron staat de Ibrahimi-moskee (Abraham-moskee). Daar bevindt zich ook de Grot van de Patriarchen, een heilige plaats voor zowel moslims als joden. Joden kennen de plek als Ma'arat HaMachpelah. In de 'grot' is er van zowel joden als moslims als christenen een heiligdom geweest. Herodes de Grote heeft er tijdens zijn regering een muur omheen gebouwd waarbinnen in de loop der jaren door verschillende heersers een tuin, een moskee en een netwerk van gangen en kamers zijn gebouwd. Van het christelijke heiligdom, dat op deze plaats heeft gestaan, zijn getuigenissen en zijn resten aan te treffen in de architectuur. Onder het Perzische bewind werd in 637 op de ruïnes een moskee gebouwd in beheer bij een islamitische Waqf. In de joodse traditie geldt Hebron als een van de vier 'heilige steden'. In de Islam wordt Hebron ook wel als de vierde heilige stad gezien.

In 1968 vestigde zich illegaal in een hotel midden in de oude stad een groep fundamentalistische religieus-zionistische joden van de Gush Emunim-beweging onder bescherming van Israëlische militairen. Dit vond plaats gedurende het lentefestival van het joodse paasfeest. De leider van deze groep was rabbijn Moshe Levinger, activist van de Gush Emunim-beweging, de latere Amana-beweging. Na anderhalf jaar van onrust werd door hen, met toestemming van de Israëlische regering, ten oosten van de stad ook de Israëlische nederzetting Kirjat Arba gesticht.

Sinds zich in Hebron weer Joodse inwoners vestigden zijn er spanningen in de stad tussen de Joodse en Palestijnse inwoners van Hebron. De Joodse bewoners worden voortdurend beschermd door circa 2000 soldaten van het Israëlische leger.

Na het bloedbad van 1994 werd er een internationale waarnemersmissie naar Hebron gestuurd om te zorgen voor veiligheid bij de Palestijnen. Zij moesten daarvoor incidenten tussen Palestijnen en Israëliërs documenteren. Echter, door gebrek aan overeenstemming over het mandaat werden de waarnemers na drie maanden weer teruggetrokken. In 1997, na de ondertekening van het Hebron-Protocol, werd de waarnemingsmissie weer ingesteld. Dit protocol werd gesloten tussen de toenmalige premier van Israël Benjamin Netanyahu en president van de Palestijnse Autoriteit Yasser Arafat. Circa 80% van de stad ("H1" genoemd), met ongeveer 140.000 Palestijnse inwoners, bleef daarbij onder het bestuur van de Palestijnse Autoriteit. De overige 20% ("H2"), met ongeveer 30.000 inwoners, en ongeveer 500 Joodse rechts-nationalistische kolonisten in vier nederzettingen binnen in de stad, kwam onder de verantwoordelijkheid van Israël. Tevens werd voorzien in een tijdelijke internationale aanwezigheid, de "Temporary International Presence in the City of Hebron".

We gaan vanuit het hostel met een groep van 24 mensen met het openbaar vervoer naar Hebron. Eerst met de tram en daarna stappen we op een speciale bus, namelijk met kogelvrij glas. Dit omdat er wel eens incidenten gebeuren... Raar idee ineens...

Zodra we in de buurt van Hebron komen zie je al muren en hekken met prikkeldraad. Dan zijn we er en stappen uit. Overal om je heen zie je zwaar bewapende militairen met flinke geweren om hun schouders. Voelt heel raar.

Met onze Joodse gids Eliah wandelen we een aantal uren door de 3 km2 waar de Joodse kolonisten hun huizen hebben gebouwd. We krijgen van Eliah al de uitleg die we nodig hebben en we kunnen hem alles vragen. Op alle kruispunten komen we soldaten tegen die alles in de gaten houden. 

Er gaat een school uit en de kinderen worden onder bewaking uitgeleide gedaan. We bezoeken een museum waar alles ter nagedachtenis is aan de slachting van 1929 door de Palestijnen op de Joden. Aan het eind van het bezoek hebben we een ontmoeting met Sippie, een Joodse koloniste wiens vader is vermoord door een Palestijn. Wat een situsatie hier. We zijn allemaal onder de indruk.

Aan het einde van de ochtend brengt Eliah ons naar de Palestijnse gids Mohammed. Hij gaat de lunch verzorgen bij hem thuis en daarna gaan we met hem in het Palestijnse gebied wandelen. Weer via een checkpoint naar binnen. 

De lunch in zijn woonhuis is lekker. Salade, yoghurt, rijst en kip.

Daarna gaan we aan de wandel. Zijn verhaal is natuurlijk vanuit een geheel andere hoek. Ook hier horen we de meest vreselijke verhalen over dingen die de Joodse kolonisten hen aandoen en het Israelische leger. Ook zij willen vrede en rustig samenleven. Maar dit lijkt me na het aanhoren van al die verhalen nog heel ver weg.

We wandelen door straatjes, over markten en iedereen spreekt ons aan met welkom in Hebron. Het voelt niet eng aan en er zijn hier geen kruisingen met militairen. Dat is alleen in het kolonistengedeelte.

Je moet alleen een checkpoint door om in het Palestijns gebied te komen. En wat had Marianne natuurlijk weer in haar handtas zitten....en zakmes....gevaarlijk steekwapen.....dus tijdelijk ingenomen door het Israelische leger.

De hele middag horen we van Mohammed de verhalen over het leven in bezet gebied. Het lijkt me afschuwelijk om hier te wonen en op te groeien. Constant is er spanning en dreiging.

Israel is weer bezig om het aantal woningen uit te breiden, dat gaat vast en zeker weer gepaard met rellen. Over en weer verwijten worden er geuit en tegelijkertijd wil iedereen vrede.

Onoplosbaar...

3 Reacties

  1. Babette duller:
    13 november 2017
    wat hebben wij dan toch een goed leven.
  2. Groenendijk:
    13 november 2017
    Heb je het zakmes nu nog in je tas zitten?
  3. Henk:
    13 november 2017
    Das een lang verhaal